maandag 26 september 2011

Eerste dag

Om 7.00 gaat mijn wekker voor mijn allereerste dag als coassistent. Dat is geen slechte tijd om op te staan, toch? Ik ontbijt, kleed me aan, doe make-up op, geef de logee eten (poes Wien) en om 8.00 vertrek ik richting het AMC, een barre fietstocht van 5 minuten. We worden tussen 8.15 en 8.30 verwacht in het zogenaamde Predoktercentrum. Daar vindt al het vaardigheidsonderwijs plaats gedurende de studie, zoals lichamelijk onderzoek, reanimatiecursussen, etc. Ik wil nog wat geld opnemen en mijn witte jas halen, dus ik ben er wat eerder.
De automaat voor afgifte van witte jassen is eventjes zoeken, maar na goede aanwijzingen van een mede-co, heb ik die zo gevonden. Badge scannen en dan op de touchscreen aangeven wat je wilt hebben en in welke maat. Ik kan alleen voor de doktersjas kiezen en helaas zijn de kleinste maten (maat 42!) al vergeven. Ik moet het dus maar doen met een maatje 44. Weldra komen er 2 jassen van het rek naar beneden suizen.
Ik meld me bij het Predoktercentrum en ga nog even, samen met de andere co's die vandaag beginnen, in de koffiekamer zitten. Er beginnen zo'n 10-15 coassistenten per 2 weken.
Om 8.30 gaan we naar een lokaal waar we een inleidend praatje krijgen en hoe de komende weken eruit zullen zien. Ook krijg ik het bericht dat de witte jas vandaag nog niet nodig is. Nou ja, voor de volgende keer dan maar.
Na dit inleidende praatje krijgen we les van een ziekenhuisapotheker over het schrijven van een recept. Dat lijkt makkelijk, maar is ook nog een hele kunst. We oefenen wat met recepten schrijven en rond 12.00 zijn we hiermee klaar. Om 13.30 is het volgende onderdeel pas, dus ik besluit naar huis te gaan.
Om 13.30 is het spannendste onderdeel van de dag, namelijk het bloedprikken. Ik ben wel een beetje zenuwachtig, want bloed laten prikken is niet mijn favoriete bezigheid. Het zelf prikken vind ik dan wel weer leuk. Maar voor wat, hoort wat, hè? Ik ben het ook wel gewend om proefkonijn te moeten spelen. We krijgen eerst uitleg en daarna mogen we op neparmen prikken. Dat is gewoon een rubberachtige arm met onder de nephuid een paar slangetjes waar rood water doorheen loopt. Het prikken zelf is eigenlijk het makkelijkste onderdeel. Ik heb meer moeite met alles eromheen. Het moet in de goede volgorde, met de goede arm, de stuwband moet op een bepaalde manier worden vastgemaakt, de naald moet zo stil mogelijk blijven, met name bij het verwisselen van de buisjes, en ga zo maar door. Na wat geoefend te hebben op de neparm, is het na een pauze tijd voor het echte werk. We gaan allemaal één keer op een mede-co prikken, en één keer worden we zelf door een mede-co geprikt. Omdat ik van de spanning af wil zijn, bied ik me als eerste aan. Hebben we dat maar gehad. Ik bereid me voor op het ergste: pijn, blauwe plekken en gefriemel met de naald. Misschien val ik wel flauw, weet ik veel. Mijn mede-co wast zijn handen. Ik neem plaats op de prikstoel en presenteer mijn elleboogsplooi. Alles wordt klaargelegd. Buisje, naald, pleister, watje. De stuwband gaat om mijn arm en wordt aangetrokken. Mijn huid wordt ontsmet. Er wordt gevoeld. Ik kijk weg. Bij anderen kan ik er prima naar kijken, bij mezelf niet. Ik voel een ieniemienie prikje. Hij prikt in één keer raak en binnen no time is de naald er al weer uit. Ik heb er weinig van gevoeld en ik zie dat "zijn" buisje tot de nok toe gevuld is met mijn bloed. Pfieuw. Dat viel gelukkig mee.
Daarna mag ik op iemand anders prikken, want we waren met z'n drieën. Helaas zijn haar aders niet goed te voelen en moet ik de andere arm proberen. Ook daar zijn niet echt goede te vinden, dus ik moet uitwijken naar een ader een beetje aan de zijkant van de arm. Ik prik. Het is wel in één keer raak, maar na een paar druppeltjes bloed vult het buisje zich niet verder. Ik mag de naald eruit halen. Niet helemaal goed gelukt, maar voor een eerste keer niet slecht. Gelukkig was het niet pijnlijk en daar ben ik dan wel blij om.
Aanstaande maandag moet ik van 8.00-10.00 prikken op de polikliniek. Op "echte" patiënten die dus niet weten dat ik nog maar één keer in een echte arm heb geprikt. Maar zo zal ik het toch moeten leren. De donderdag erna moet ik van 8.00-10.00 in de kliniek prikken, dus op de verpleegafdelingen.
Rond 15.45 zijn we klaar en mogen we naar huis.
Al met al een korter dagje dan ik had verwacht, maar ik moet thuis ook nog heel veel doen (en wanneer ik mijn wetenschappelijke artikel voor mijn stage ga afronden, is mij ook een raadsel...)